Blog 21: Hoe mijn relatie met de ingewikkelde vraag veranderde
Bizar
Het is eigenlijk bizar dat
de simpele vraag ‘Hoe gaat het met je?’ (HGHMJ) of het uitblijven daarvan
zoveel uiteenlopende emoties oproept: blijdschap, dankbaarheid, verdriet,
teleurstelling, boosheid en eenzaamheid. Na mijn uitstapjes naar ‘Waarom is HGHMJ zo’n belangrijke vraag?’ en ‘Wat maakt die vraag zo
ingewikkeld?’ (blog 19 en 20) keer ik dus nu terug naar mijn persoonlijke
verhaal. Over mijn relatie met de HGHMJ-vraag en hoe die gedurende de afgelopen
2,5 jaar een aantal keer is veranderd.
En daarna volgen (in blog 22
en 23) eindelijk de eerder beloofde tips. In deze blog neem ik jullie eerst
even mee terug in de tijd.
Terug in de tijd
Om precies te zijn naar 2,5 -
3 jaar geleden, toen alles nog ‘gewoon’ was. Toen ik nog vol in het leven stond
en nog niet wist dat ik kanker zou krijgen. Ik vertel jullie graag over mijn
belevenissen met de ingewikkelde HGHMJ-vraag van vóór, tijdens en na. En over
hoe ik mij nu tot die mooie HGHMJ-vraag verhoud.
Veelpleger
Voordat ik ziek werd was ik,
net als veel anderen, een veelpleger van de oppervlakkige HGHMJ-variant. Gewoon
omdat het leuk is om even kort contact te maken met mensen die je toevallig, of
niet toevallig, ergens onderweg tegenkomt.
In gesprekken ergerde ik me wel eens wanneer iemand heel lang over zichzelf
uitweidde en er nooit een wedervraag kwam. Maar meestal slaagde ik er goed in om dat
naast me neer te leggen. Dat ik door mijn ziekte zelf ook een extreme uitweider
zou worden én tijdelijk communicatief veel minder vaardig zou zijn én dat het
heel eenzaam voelt wanneer de HGHMJ- vraag uitblijft, wist ik toen nog niet.
Tijdens de
behandelperiode
In 2019 tijdens mijn
behandeljaar was ik niet bepaald de stabiele, communicatief vaardige Christa
zoals anderen mij kenden. En het erge was, ik had het zelf vaak ook door, maar
ik kon gewoon niet anders. Onderstaand een aantal voorbeelden.
Ongeremd spuien
In begin van mijn ziekte voelde
ik me zo overweldigd en ontredderd dat ik niet anders kon dan alles wat me op
dat moment bezighield ongeremd over iedereen uit te storten. Ongeacht wie ik op
dat moment voor me had: vrienden, kennissen of medische professionals. Vaak had
ik maar een halve HGHMJ-vraag of zelfs minder nodig, om alles waar ik op dat
moment last van had, ongeremd te spuien. In de hoop dat de desbetreffende
functionaris (de gynaecoloog, de oncoloog, de radioloog, de oncologische
wijkverpleegkundige, de oncologiefysiotherapeut, etc.) mij de ultieme oplossing
zou geven om me voor eens en altijd van de kanker en al mijn klachten af te helpen.
Door schade en schande ontdekte ik gaandeweg dat niet iedereen altijd alles wil
weten. Want medische professionals hebben ieder hun eigen scope én maar beperkt tijd per patiënt. En
ook vrienden en kennissen hebben zo hun eigen grenzen. Onbedoeld heb ik hen
allen dus flink beproefd.
Fijne aandacht
Met mijn dierbare vrienden
en familie heb ik tijdens mijn ziekteperiode en daarna steeds uitgebreid mijn
persoonlijke wel en wee gedeeld. Dat was eigenlijk mijn life-line. Zonder hen had ik het niet gered. Dus
ik ben heel dankbaar voor alle warme verbale en non-verbale HGHMJ
vraagvarianten die ik heb mogen ontvangen. En voor de mildheid, het geduld en
de standvastigheid die mijn intimi telkens hebben opgebracht wanneer ik mijn
kommer en kwel verhalen over hen uitstortte. Maar dit alles heeft ook een
keerzijde.
De keerzijde
Namelijk: het draaide altijd
om mij. In mijn krakkemikkige, verwarde gesteldheid kwam het in die periode maar
mondjesmaat in me op om anderen de HGHMJ-wedervraag te stellen. Doordat mijn
ziekte mij zo allesoverheersend in beslag nam, had ik dat echter amper door.
Zij die mij kennen en liefhebben, hebben toen hun hand over hun grote hart
gestreken en dat tijdelijk voor lief genomen. Anderen, die daar niet mee konden
of wilden omgaan, hebben tijdens mijn ziekte-en herstel meer afstand genomen of
het contact verbroken. Het spreekwoord is niet voor niets ‘In tijden van nood
leer je je echte vrienden kennen’ maar ik ben door mijn ziekte helaas ook
dierbare contacten verloren. Godzijdank ben ik nu al lang weer een oprecht
geïnteresseerde gesprekspartner. Al zeg ik het zelf. En de wederkerigheid in
mijn relaties met anderen is hersteld. Dat is fijn voor hen én voor mezelf!
Eerlijk zijn of
niet?
De vraag ‘Geef ik eerlijk
antwoord of niet?’ houdt me sinds ik ziek ben (geweest) zoals jullie weten
nogal bezig. Het meest voor de hand liggende, obligate antwoord ‘Ja, hoor’,
meestal gevolgd door de wedervraag ‘En met jou?’ krijg
ik daarom al geruime tijd niet meer over m’n lippen. Want ik voel(de) me helaas
lang niet altijd goed. Dus ‘ja’ zeggen terwijl je je ‘nee’ voelt, voelt als verraad
aan jezelf. En ik wil
liever eerlijk zijn dan liegen. Sindsdien is het dus altijd schipperen. Wat
antwoord je dan bij toevallige ontmoetingen, zoals de supermarkt-variant, zodat
het én past bij de situatie én je ook trouw aan jezelf kan blijven aan? Daarover in mijn
volgende blog een aantal tips.
Weg met kankertoeristen!
Op een gegeven moment had ik
het door. Sommige mensen wilden eigenlijk niet weten hoe het met míj gaat maar
vonden vooral mijn ziekte en de behandelingen interessant: (Hoeveel chemo’s
heb je eigenlijk gehad? Welke cytostatica? En welke bijverschijnselen heb je nu
allemaal?). Voor het gemak noem ik ze ‘kankertoeristen’. Die ontdekking was
pijnlijk want ik ben geen verzameling interessante medische symptomen maar een
vrouw van vlees en bloed met gevoelens en verlangens. Maar ik heb er ook iets
van geleerd. Want sinds ik het weet, stop ik weinig tijd en energie meer in dit
soort vragen. Wanneer ik nu een ‘kankertoerist’ tegenkom, verwijs ik die naar
officiële kanker-informatiebronnen, zoals de ziekenhuis-sites en www.kanker.nl. Sorry als ik dit te bot formuleer, maar wie de
schoen past trekke hem aan.
Tijdens de
herstelperiode
Ook tijdens mijn
herstelperiode heb ik volop geworsteld en geleerd rondom de vraag HGHMJ. Nog
een paar voorbeelden. Ongetwijfeld ook herkenbaar voor anderen.
Eenzaam
Toen het ergste achter de
rug leek, hebben mijn intimi hun bakens van intensief voor mij zorgen weer
verzet naar hun eigen leven. Op zich heel begrijpelijk, want iedereen heeft ook
een eigen leven en dat gaat ook gewoon door. Daardoor zag en sprak ik hen
opeens veel minder en werd de HGHMJ-vraag opeens ook veel minder vaak gesteld.
Gesprekken gingen vanaf toen weer veel meer over de gewone gebeurtenissen van
alle dag en veel minder over mijn persoonlijke wel en wee. Op zich vond ik het
fijn om weer meer deelgenoot te worden van de gewone dingen in het leven van
mijn vrienden, familie en kennissen, maar de overgang was moeilijk en eenzaam. Een
tijdje was ik daarover ook teleurgesteld, boos en verdrietig. Totdat ik
besefte: Het is tijd om weer meer op mezelf te durven gaan vertrouwen en minder
op anderen te blijven leunen. Dat was een belangrijke les!
Beschermlaagje
Persoonlijke aandacht is
fijn, maar niet altijd. Vaak was ik te zwak, moe of verdrietig en bracht ik het
niet op om te vertellen hoe het écht met me ging. Als iemand me dan vroeg hoe
het met me ging, vertelde ik bij voorkeur iets oppervlakkigs en kleins dat
weinig met m’n ziekte te maken had. Bijvoorbeeld over dat ik zo genoot van een
wandelingetje in de zon. Dus toch een vorm van contact, maar wel met een
beschermlaagje. Want dan voelde ik me te wankel om mijn kwetsbaarheid met
anderen te delen. Gelukkig is dat nu al lang achter de rug. Als ik nu zeg ‘ja
hoor, ik heb lekker gewandeld’ heeft dat een heel andere gevoelslading,
namelijk van genieten (!) in plaats van mijn kwetsbaarheid beschermen. Een
fijne wending dus!
En nu?
Oprechte
interesse
Nu het al langere tijd goed
met mij gaat, is mijn relatie met de HGHMJ-vraag opnieuw veranderd. Ik ben gelukkig niet meer zo vraagbehoeftig
als toen ik ziek was én ik ben weer, net als vroeger, een actieve beoefenaar
van de warme empathische HGHMJ-vraag.
Ik ben oprecht geïnteresseerd in het wel en wee van mijn vrienden en familie -hopelijk
beamen zij dat ook- en ik geniet weer, net als vroeger, volop van alle onverwachte gesprekjes met
bekenden en onbekenden op straat, in de supermarkt en elders. Ook ben ik heel
blij dat ik weer mijn mooie vak als coach kan uitoefenen. Want daarvoor is met
al je aandacht bij de ander zijn een belangrijke randvoorwaarde.
Milder en wijzer
Door het delen van mijn
ervaringen met de HGHMJ-vraag, alle reacties van anderen daarop en alle goede
gesprekken die ik daarover de afgelopen periode heb gevoerd, ben ik een stuk
wijzer én milder geworden. Het belangrijkste is dat ik veel meer begrip heb gekregen voor de andere kant van
het verhaal. Namelijk de kant van de vraagstellers. Het draait immers niet alleen
om mij/ons, maar ook om
onze lieve gesprekspartners. Want, zoals eerder in blog 20 geschreven: It takes
two to tango!
Wordt vervolgd
Alle verzamelde tips over hoe we samen
de HGHMJ-tango plezierig kunnen maken, wij - als (ex- )ernstig of chronisch
zieke, verdrietige, vraagbehoeftigen- en jullie - als onze naaste, hopelijk
gezonde, potentiële vraagstellers- kun
je lezen in mijn volgende 2 blogposts(nr 22 en 23). Wil je meer lezen over HGHMJ?
Lees dan ook mijn eerdere blogposts (vanaf nr 18).
Mijn vraag aan
jullie
Lieve lezers, herkennen
jullie dit? Dat je relatie met de vraag ‘Hoe gaat het met je?’- in de loop van
de tijd is veranderd? Afhankelijk van hoe ziek je bent, of hoelang je naaste al
ziek is? Hoelang het al duurt, dat het ergste nu gelukkig achter de rug is of
het juist nu nog gaat komen? Ik ben benieuwd naar jullie ervaringen!
Bij deze steek ik iedereen
die dat nodig heeft een warm hart onder de riem! En voor iedereen die ons nog
steeds de warme, empathische vraag HGHMJ stelt: een grote pluim!
Levendige groet,
Christa
HGHMJ Bij mij, bij ons Elly, broers, zussen, kinderen en kleinkinderen lijkt er op dit moment niets levensbedreigends aan de hand te zijn. Er zijn wel lichamelijk chronische ongemakken waar wij het beste van maken. Wij hebben ons werkzame leven achter ons gelaten. Als ik wordt gevraagd om een verhaal te schrijven of om een presentatie of werkshop te verzorgen is niet de vraag hoe het nu gaat maar hoe het toen ging. Als ik nu de vraag krijg HGHMJ en ik zeg naar omstandigheden goed en men ziet mij lopen met een elleboogkruk en een vingerspalkje krijg ik een meewarige blik en een voorzichtige wedervraag. Als ik antwoord goed, wij leven en genieten van de dag krijg ik de vraag: Er is toch niks ernstigs aan de hand. Om onze tijd om te genieten niet te verkorten draai ik de laatste tijd de vraag meteen om: Ik zie dat het met jou en jullie erg goed gaat. Op dat moment is het luisteren naar verhalen over bovenmatig goed presterende kinderen en kleinkinderen die het dankzij hun rugzakje en de vechtscheiding van hun ouders erg goed maken.
BeantwoordenVerwijderenJGHMJ is eigenlijke een impertinente vraag die even goed vervangen kan worden door gutnogeensaantoe, of wel GNEAT.
Hartelijke groet
Jan
Mijn e-mail is joechies@utlook.com
Beste Jan, fijn dat het met jou en de jouwen goed gaat. En dankjewel voor het delen van jouw ervaringen. Je verruimt mijn blik! Want inderdaad niet iedereen heeft altijd behoefte aan die vraag. En je hebt een leuke truc bedacht. Grappige afkorting ook: GNEAT! Maarreh, in wat voor soort situaties en met wat voor soort vraagstellers zouden we die dan het beste kunnen gebruiken? En soms willen mensen echt oprecht weten hoe het met je gaat. Omzien naar elkaar noemen we dat toch?! Dus die vraag houd je nog van mij te goed voor bij een volgende life-ontmoeting :)
VerwijderenPS ben je je ervan bewust dat iedereen dit kan lezen?